Bereiding

1. Verwarm de oven voor op 160 °C.

2. Maak het gehakt aan met de verse kruiden (houd wat achter voor de saus), peper en zout, paprikapoeder, venkelpoeder, cayennepeper, kerrie, karwijzaad en foelie naar smaak – ik houd van krachtig smaken, dus ik ben niet zuinig met de specerijen. Meng goed en zet in de koelkast.

3. Voor de tomatensaus: verhit wat olijfolie in een sauspan en fruit zachtjes de ui. Fruit, als de ui zacht en lichtgekleurd is, kort de knoflook mee en voeg de kruiden, de kappertjes, het laurierblad, de balsamico en de tomaten toe. Breng op smaak met perper en zout en wat cayenne. Dek af en laat ca. 20 minuten sudderen.

4. Breng in een ruime pan water met wat zout en het citroensap aan de kook. Was de plamkoolbaderen zeer goed en blancheer ze precies 4 minuten in het kokende water. Ze zijn dan zacht genoeg om te vouwen maar blijven gooed heel; de citroen houdt zowel de kleur als de smaak lekker fris. Spoel af met koud water en laat uitlekken in een vergiet.

5. Vet een ovenschaal in met wat olijfolie en maak de pakketjes: leg voor elk pakketje 2 koolbladeren in een kruis, maak voor elk pakketje een licht aangedrukte balletje van het gehakt en verdeel deze over de kool. Steek in elk balletje een paar blokjes kaas. Vouw de pakketjes voorzichtig dicht.

6. Giet de tomatensaus in de ovenschaal en schik de pakketjes erin. Dek af en laat de schotel ca 40 minuten garen in de oven. Lekker met pasta.